Afbeelding

louise_cornelis_columnist_tektblad.jpg

Hints

Door: Louise Cornelis

Nog niet zo lang geleden las ik een filosofisch boek waarin de auteur halverwege pagina’s lang boeken opsomt die ook over zijn thema gaan, met veel grote, geleerde namen daarin. Hij wilde zich, denk ik, richten tot lezers die al die moeilijke boeken óók kennen, als moeilijkeboeken- lezers onder elkaar. Dat schept vast een band; ik voelde me echter buitengesloten. In dezelfde tijd las ik een reisboek waarin de gegeven informatie sterk uiteen liep. Ik kon me niet voorstellen dat lezers/reizigers in al die verschillende brokjes informatie geïnteresseerd zouden zijn. Ik ben bang dat die schrijver helemaal geen lezer voor ogen heeft gehad maar is leeggelopen: ‘dit is wat ik kwijt wilde’. Oftewel: ik vond het een slecht boek.

Strekking

Wat deze voorbeelden laten zien, is dat informeren niet neutraal is. Een strikt informatieve tekst bestaat niet. Met een feitelijke zin als ‘de aarde draait om de zon’ zegt de schrijver óók dat het hem de moeite waard lijkt dat de lezer dit weetje aan zijn kennis toevoegt. Hij geeft daarmee dus het signaal af dat hij veronderstelt dat de lezer dit nog niet weet. Daarom kan zo’n simpel zinnetje vreemd zijn: ‘huh, dat weet ik toch al lang, wat denkt de schrijver  wel niet, dat ik achterlijk ben?’ Daaruit kan ook een andere conclusie voortvloeien: ‘deze tekst is niet voor mij bestemd’. Zodoende definieert de schrijver in de tekst ook de lezer.Meer in het algemeen: bij taal en communicatie gaat het niet alleen om betekenis die we aan elkaar overdragen. In de taalwetenschap is het een geaccepteerd feit dat het gaat om de strekking van de uiting: een schrijver of spreker doet een uiting, met daarin ‘ingebakken’ de bedoeling dat de luisteraar of lezer de strekking eruit afleidt. Het duidelijkste voorbeeld hiervan zijn de indirecte verzoeken, zoals ‘het tocht hier’. De gesprekspartner doet de deur dicht – communicatie geslaagd. Best bijzonder eigenlijk: het woord deur komt er niet eens in voor. Van ‘het tocht hier’ naar mijn twee negatieve leeservaringen is een grote stap, maar toch komt het op hetzelfde neer: de geschreven woorden gaven niet alleen informatie, maar ook een hint; die interpreteerde ik en met de uitkomst daarvan, de strekking, was ik niet happy. Dat ging nogal subtiel: zo’n opsomming van moeilijke boeken is niet aanwijsbaar buitensluitend. Maar toch. Juist subtiele buitensluiting lijkt me bijvoorbeeld een belangrijke rol te spelen bij het falen van overheidscommunicatie in het bereiken van laag opgeleiden.

Gewonnen!

Het hanteren van subtiele hints, dat is de kunst van schrijven. Informatie op papier zetten, dat kan iedereen. Maar je voorstellen hoe de lezer je hints zal interpreteren, en je tekst daarop aanpassen, dat is vakwerk. Zonder dat het spelletje zelf nog op tv is, spelen tekstschrijvers dus elke dag Hints. En elke keer dat ze een succesvolle tekst afleveren, die zijn doel bij de lezer bereikt, hebben ze wéér gewonnen.

Zie ook www.lhcornelis.nl


Bestel hier eerder verschenen nummers van Tekstblad.