Afbeelding
Foto: Sora Shimazaki via Pexels
Zo maak je een onbegrijpelijk vonnis begrijpelijk
Alle tekstprofessionals krijgen ermee te maken: de vraag of je de tekst die een ander heeft geschreven, grondig zou willen redigeren. Dat is dankbaar, maar vaak ook moeilijk werk, want hoe ruim je de rommel op die een ander heeft gemaakt, zonder de inhoud geweld aan te doen? Luuk Lagerwerf zien hoe hij een juridische tekst heeft verbeterd.
Naar aanleiding van een voorstel van D66 om rechtbankvonnissen in begrijpelijker taal op te stellen, maakte Noémi Lemoine (bachelorstudent CIW journalistiek aan de Vrije Universiteit Amsterdam en deelnemer aan de Radioschool) in november 2018 een nieuwsitem voor NPO Radio 1. Zij liet me voor de microfoon een deel van het vonnis van de moordenaar van Anne Faber herschrijven. Een rechter bezag later het resultaat. Hieronder staat de oorspronkelijke passage, de brontekst. Voor het radio-item heb ik drie dingen veranderd, zonder compleet te willen zijn.
Brontekst
De rechtbank onderschrijft overwegingen en de conclusies van de deskundigen en neemt deze over. De licht verminderde toerekeningsvatbaarheid is in deze zaak de enige omstandigheid die een enigszins matigend effect heeft op de op te leggen gevangenisstraf. De deskundigen hebben tijdens de zitting desgevraagd bevestigd dat in het geval van de verdachte behandeling tot de mogelijkheden behoort. Daarom zal de rechtbank de maatregel van tbs met dwangverpleging opleggen. Die maatregel kan niet worden opgelegd in combinatie met een levenslange gevangenisstraf. De rechtbank bepaalt dat de dwangverpleging ongemaximeerd zal zijn. De lange gevangenisstraf gecombineerd met tbs heeft als doel om verdachte enerzijds zo lang mogelijk uit de maatschappij houden en er anderzijds voor te zorgen dat hij daarin niet terugkeert zonder dat hij eerst intensief is behandeld. Alles overwegend legt de rechtbank verdachte naast de tbs met dwangverpleging een gevangenisstraf op van 28 jaar met aftrek van het voorarrest.
Toelichting
Natuurlijk kun je met kortere zinnen en eenvoudiger woorden veel bereiken. Ik richtte me voor deze gelegenheid echter op de onbegrijpelijkheid van de redenering. Om te beginnen maken naamwoordconstructies de betekenis van de tekst ondoorgrondelijk. In de tweede zin verbindt het koppelwerkwoord is twee naamwoorden (toerekeningsvatbaarheid en omstandigheid) die de schrijvers hebben opgetuigd met allerhande informatie waarin een redenering is verstopt. Ik heb er in de herschrijving twee zinnen van gemaakt, waarbij de tweede uitleg geeft over de eerste: ‘De verdachte is licht verminderd toerekeningsvatbaar. Dat is een omstandigheid die de gevangenisstraf die wordt opgelegd, enigszins kan verkorten.’
Een woord waarover valt te twisten is ongemaximeerd. Voor leken is het onduidelijk of dit betekent dat de straf geen maximum kent, of juist korter is dan de maximumstraf (of misschien nog iets anders). De rechter vond dat deze specifiek juridische term in een vonnis gebruikt moet kunnen worden. Volgens mij verstoort de onduidelijkheid de redenering. Ik maakte er het volgende van: ‘De rechtbank besluit dat de duur van de dwangverpleging onbepaald zal zijn.’
Ten slotte heb ik de enerzijds-anderzijdsconstructie aangepakt, inclusief de nietzonderformulering. Dit is de meest onverteerbare zin. Net als met de naamwoordconstructies maken de schrijvers een redenering die zo impliciet en ingewikkeld is gemaakt, dat je er bij eerste lezing niet uitkomt. Met enerzijds-anderzijds geef je twee kanten van een medaille weer, maar hier staat twee keer dezelfde kant, wat met de niet-zonder formulering extra lastig valt te doorgronden. Dat kan eenvoudiger. Opnieuw levert opsplitsen in meer zinnen een oplossing. ‘Met de lange gevangenisstraf gecombineerd met tbs wil de rechtbank bereiken dat de verdachte zo lang mogelijk uit de maatschappij blijft. Hij kan pas terugkeren als hij intensief is behandeld.’
Met deze drie veranderingen zijn lang niet alle begrijpelijkheidsproblemen opgelost. Alleen is het idee van D66 om de tekst tot B1-niveau te versimpelen om twee redenen ongewenst. Allereerst is B1 een niveau van tweede-taalleerders, en niet van een tekst (Jansen, 2013). Daarnaast heeft een rechtbankvonnis een functie naast begrijpelijkheid voor leken. Een uitspraak van de rechter dient gezag uit te stralen. Acceptatie van een veroordeling of vrijspraak hangt af van de status die aan de rechter wordt toegekend. Begrijpelijke juridische teksten dragen daar niet meteen aan bij: ze maken lezers juist kritischer (Dammen en Lagerwerf, 2005). Daarom moet de slotzin uit de brontekst in ieder geval niet vereenvoudigd worden.
Geredigeerd
De rechtbank onderschrijft overwegingen en de conclusies van de deskundigen en neemt deze over. De verdachte is licht verminderd toerekeningsvatbaar. Dat is een omstandigheid die de gevangenisstraf die wordt opgelegd, enigszins kan verkorten. De deskundigen hebben tijdens de zitting desgevraagd bevestigd dat in het geval van de verdachte behandeling tot de mogelijkheden behoort. Daarom zal de rechtbank de maatregel van tbs met dwangverpleging opleggen. Die maatregel kan niet worden opgelegd in combinatie met een levenslange gevangenisstraf. De rechtbank besluit dat de duur van de dwangverpleging onbepaald zal zijn. Met de lange gevangenisstraf gecombineerd met tbs wil de rechtbank bereiken dat de verdachte zo lang mogelijk uit de maatschappij blijft. Hij kan pas terugkeren als hij intensief is behandeld. Alles overwegend legt de rechtbank verdachte naast de tbs met dwangverpleging een gevangenisstraf op van 28 jaar met aftrek van het voorarrest.
Literatuur
Dammen, R. M., & Lagerwerf, L. (2005). ‘Verkoper heeft verkocht aan koper, die heeft gekocht van verkoper: ‘het verkochte’. De leesbaarheid van de notariële akte’. Tekstblad, 4, 15-19. Jansen, C. (2013). ‘Taalniveau B1: de nieuwste kleren van de keizer’. Onze Taal 82(2), 56-57
Over de auteur
Luuk Lagerwerf is Universitair Hoofddocent Taal en Communicatie aan de Vrije Universiteit Amsterdam en redactielid van Tekstblad.
Dit artikel is eerder verschenen in Tekstblad editie 1 van 2019.