Afbeelding

Scheldwoord, op papier

© Daniël Klok

Onderzoek naar scheldwoorden: 'zachte' klanken schelden niet lekker

Twee onderzoekers van London University komen na comparatief onderzoek met een opmerkelijke conclusie: glijklanken doen het niet goed in krachttermen. Ze deden hiervoor onderzoek bij verschillende moedertaalsprekers van een breed scala aan talen, om erachter te komen dat scheldwoorden minder vaak zachte klanken bevatten, zoals l, r, y en w.

Harde klanken

Scheldwoorden in het Nederlands hebben vaak harde klanken in zich, maar dat is geen Nederlands fenomeen. Voor het onderzoek vroegen de wetenschappers sprekers van het Hebreeuws, Hindi, Hongaars, Koreaans en Russisch de grofste woorden uit hun taal uit te spreken. De woorden die ze opnoemden, bevatten veel minder l-, r-, y-, en w-klanken dan de ‘normale’ woorden uit die taal. Daarna waren de moedertaalsprekers van het Arabisch, Chinees, Fins, Frans, Duits en Spaans aan de beurt. Deze proefpersonen kregen twee verzonnen woorden te horen, waarbij de onderzoekers ze vertelden dat er één een scheldwoord was in een andere taal. Aan de luisteraars was het om te raden welk woord een scheldwoord was. De participanten wezen consistent het woord met de hardere klanken aan als het scheldwoord.

Daarnaast stelden de onderzoekers op basis van literatuuronderzoek vast dat wanneer scheldwoorden verbasterd worden, harde klanken vaak worden vervangen door zachtere klanken. Een voorbeeld hiervan is de verbastering van fucking, dat frigging wordt.

Plosieven, wrijfklanken en approximanten

Mark Dingemanse, taalkundige aan de Radboud Universiteit in Nijmegen liet aan de NOS weten niet verbaasd te zijn over deze conclusies: ‘Dat sommige klanken niet lekker schelden, komt niet onverwacht. Je hebt de plosieven, zoals de p, j en k. Om die uit te spreken, houd je de lucht als het ware even stil en dan komt het er in één keer uit. Ook zijn er wrijfklanken, zoals de g. De approximanten, een soort glij-klanken, zitten ertussenin. En dat vloekt niet lekker. Logisch, want er zit geen wrijving in.’ Dingemans is zelf meer geïnteresseerd over wat dan wél goede scheldwoorden zijn.

Ziektes

Waar het Nederlands wel vrij uniek in is, is dat voor ons scheldvocabulaire nogal eens geput lijkt te worden uit het overzicht van Thuisarts.nl. De woorden ‘tyfus’, ‘kanker’ en ‘tering’ zijn dagelijks op onze straten te horen, en dat zijn toch woorden met harde klanken. Dingemans: ‘Het kan ook zijn dat we ziektes die het qua klank niet goed zouden doen expres niet uitkiezen als verwensing. Er zijn honderden ziektes waarvan sommige misschien zachter klinken, maar die werken minder goed. Het moet wel een beetje schuren, er moet letterlijk wrijving in zitten.’

Taalkundig onderzoek

Hoewel de Britse onderzoekers psychologen zijn, en geen taalkundigen, schept hun studie volgens Dingemans wel mogelijkheden voor taalkundig vervolgonderzoek. Het toont namelijk aan dat groot Frans taalkundige Ferdinand de Saussure niet helemaal gelijk had toen hij betoogde dat de relatie tussen de vorm en de betekenis van een woord volkomen willekeurig is: een stoel heet nou eenmaal een stoel. Dingemans: ‘Scheldwoorden tonen dat aan, maar er zijn ook andere voorbeelden. In veel talen bevat het woord voor 'klein' bijvoorbeeld een i-klank, zodat je mond letterlijk kleiner wordt om dat woord te vormen. En de r-klank wordt in veel talen gebruikt voor ruwe texturen.

En dan heb je nog woorden als 'zigzaggen' of 'wriemelen'. In die woorden klinkt in de klank ook al iets van de betekenis door.’

Heb jij het helemaal gehad met dat ge-tyfus en ge-kut de hele tijd? Op hetnieuwevloeken.nl vind je (ironisch genoeg) een lijst met historische scheldwoorden. Die waren toen misschien heel beledigend, maar tegenwoordig valt dat alleszins mee. Denk eens aan ‘onverlaat’ of ‘fantast’, of wens iemand weer eens ouderwets de rambam toe!