Afbeelding

Vrouw geeft feedback

Feedback vragen in vijf stappen

Veel mensen die feedback geven, komen snel met een oordeel en vragen niet echt door. Of ze komen meteen met een oplossing. Joy de Jong noemt die neiging tot oordelen en oplossen het ‘natuurlijke gedrag’ van feedbackgevers. Schrijvers hebben echter meer aan een coachende aanpak, waarbij zij strategieën leren om een tekst zelf te evalueren en verbeteren (De Jong, 2014). In dit artikel lees je hoe je dat aanpakt als feedbackvrager. Of je nu als tekstschrijver een tekst voorlegt aan je opdrachtgever, als student aan je docent, of als wetenschapper aan je beoordelaar: met dit stappenplan maak je er een leerzame ervaring van.

1. Geef vooraf aan waar je precies feedback op wilt krijgen 

Niets is zo frustrerend als dat de ander je straks gaat wijzen op spelfouten en interpunctie, terwijl jij wilt weten of je betoog overtuigend is en goed aansluit bij de doelgroep. Of andersom: de feedbackgever stelt je fundamentele vragen over het hoe en waarom van jouw keuzes, terwijl je tekst al bijna af is en je alleen behoefte hebt aan de puntjes op de i. De gewenste feedback zal afhangen van de schrijffase waarin je je bevindt. Formuleer daarom concrete leervragen. De volgende formule is ook behulpzaam: ‘Na het feedbackgesprek wil ik graag bereikt hebben dat ik … weet/kan/wil …’

Waarop kun je feedback vragen? Tekstnet gebruikt een feedbackmodel met acht tekstaspecten. Denk aan communicatieve kracht, structuur en formulering. Het model is gebaseerd op de CCC-tekstanalyse van Jan Renkema (Schrijfwijzer, 2020). Je kunt vragen hebben over de tekst zelf, bijvoorbeeld: op welk punt verlies je je aandacht of motivatie om door te lezen? Maar je kunt ook vragen hebben over andere zaken die van invloed zijn (geweest) op de tekst, zoals een summiere briefing of moeizame samenwerking met je opdrachtgever. Vraag je bovendien af wat je van déze meelezer kunt leren. Dat zal van een inhoudelijk expert anders zijn dan van een collega of van iemand uit de doelgroep van je tekst.

2. Licht toe wat de bedoeling is van je tekst 

Geef de feedbackgever schriftelijk relevante achtergrondinformatie over je tekst: wat is het doel van de tekst, wie is de doelgroep en gaat het om een concepttekst of de definitieve versie? Vertel ook kort waarover je tevreden bent (en waarom) en waarover niet (en waarom niet). Je zult merken dat het selecteren en verwoorden van deze achtergrondinformatie ook verhelderend is voor jezelf. Je kunt dan met meer afstand naar je tekst en het probleem kijken.

3. Stel je open voor de feedback en vraag door 

Feedbackgever: ‘Ik begrijp deze passage niet goed, kun je dat wat duidelijker formuleren?’ Schrijver: ‘Ik heb er anders heel lang over nagedacht. Volgens mij is het wel helder hoor.’ Met zo’n reactie kom je niet verder. Uitgangspunt is: het ligt nooit aan de lezer, maar altijd aan de tekst. Ga dus niet meteen in de verdediging als je negatieve feedback krijgt. Laat het even bezinken.

Zie feedback als een cadeautje waarover de gever goed heeft nagedacht. Het is aan jou om het cadeautje aan te nemen. Stel je je ervoor open, dan leer je ervan. Luister daarom goed, probeer de feedback echt te begrijpen en vraag door. Vat zelf tijdens het gesprek af en toe samen en controleer of je het goed begrepen hebt. Verrast de feedback je? Benoem het dan en probeer samen achter het probleem te komen.

4. Onderzoek eerst samen de oorzaak van het probleem 

Misschien komen er tijdens het gesprek meteen allerlei alternatieven en betere formuleringen in je op, maar bewaar die oplossingen voor later. Analyseer eerst samen wat de oorzaak van het probleem is. Dan is de kans groter dat jullie gesprek ook echt tot een goede oplossing leidt. 

Er zijn twee typen oorzaken voor problemen met teksten: 
•    tekstkenmerken: waardoor is de tekst … saai/levendig, chaotisch/gestructureerd, informeel/zakelijk, vaag/helder, niet aantrekkelijk/mooi? 
•    proceskenmerken: hoe is de tekst tot stand gekomen, welke keuzes en afwegingen heb je gemaakt, hoeveel vrijheid kreeg je van de opdrachtgever?

5. Reflecteer op wat je geleerd hebt 

Vat voor jezelf samen wat je van de feedback geleerd hebt. Wat zijn je belangrijkste voornemens? Niet alleen over hoe je de besproken tekst gaat aanpassen, maar ook waar je meer op gaat letten bij volgende teksten. Of hoe je het proces in het vervolg gaat aanpakken. 

Tot slot: bedank de meelezers voor hun feedback!

Lees ook: Feedback geven in vijf stappen

Over de auteurs

Janine Scheper is zelfstandig tekstschrijver en ontwikkelaar van content en communicatiemiddelen. Als bestuurslid van Tekstnet ontwikkelde zij samen met vier Tekstnetleden en feedbackexpert Joy de Jong de onlineworkshop Collegiale feedback op teksten.

Nancy van Etten werkt als zelfstandig tekstschrijver, redacteur en schrijftrainer. Zij is lid van Tekstnet en zat ook in de Tekstnetwerkgroep die de onlinefeedbackworkshop ontwikkelde.