Afbeelding

Schaatsen

Nog 5x de herkomst van deze Nederlandse spreekwoorden en gezegden

De geschiedenis van verschillende uitdrukkingen die we dagelijks gebruiken, is vaak interessant. Weet je bijvoorbeeld waar ‘een scheve schaats rijden’ vandaan komt?

1. Advocaat van de duivel spelen

Je neemt een negatief standpunt in, om een onderwerp van de andere kant te bekijken, waarbij je dus ‘de advocaat van de duivel speelt’. De uitdrukking is afgeleid van de heiligverklaring binnen de katholieke kerk, waarbij een persoon die grootse en goede daden heeft verricht, heilig verklaard wordt. Dit was een heel juridisch proces waarin de voor- en tegenargumenten uitgebreid werden besproken. Degene die onderstreepte waarom iemand tot heilige moest worden verklaard werd ‘de advocaat van God’ genoemd en de andere partij ‘de advocaat van de duivel’.

2. Een scheve schaats rijden

Deze uitdrukking wordt gebruikt wanneer iemand iets doet wat niet volgens de regels is (het wordt vaak gebruikt wanneer iemand vreemdgaat). De herkomst van 'een scheve schaats rijden' heeft te maken met de ijzers onder de schoenen van de schaatsen. Omdat het de bedoeling is dat je zo goed en recht mogelijk over het ijs glijdt, horen deze ijzers recht te zijn. Als één van de ijzers scheef is, ga je dus ook scheef schaatsen, waardoor je minder snel vooruitkomt. Omdat je met schaatsen rechte slagen hoort te maken, kwam 'een scheve schaats rijden' langzaam maar zeker synoniem te staan voor iets dat niet hoort.

3. Ergens lak aan hebben

“Het kan me weinig schelen, ik heb er lak aan,” is een bekende uitdrukking die pas sinds de twintigste eeuw wordt gebruikt. Het woord ‘lak’ wordt al eeuwen figuurlijk op een negatieve manier gebruikt. Zo wijst spreekwoorddeskundige Carolus Tuinman erop dat in het Bijbelboek Prediker al de volgende uitspraak voorkomt: 'Daar is niemand zonder lak. Elk mensch heeft zijn gebrek.' De tegenwoordige zegswijze is waarschijnlijk afgeleid van een gezegden die we nu niet meer gebruiken.

4. Iemand iets op de mouw spelden

Je vertelt iemand iets wat niet waar is, dus je ‘speldt iemand iets op de mouw’. De uitdrukking wordt al sinds de zeventiende eeuw gebruikt, maar de herkomst ervan is niet helemaal zeker. De verklaring die spreekwoorddeskundige F. A. Stoett zelf het meest waarschijnlijk acht, is dat 'iemand iets op de mouw spelden' te maken heeft met het figuurlijke 'aanhechten' van een denkbeeld aan iemand. Wanneer je 'iemand iets op de mouw speldt', zadel je dus iemand op met een bewering die niet klopt, maar die door deze persoon wel voor waar wordt aangenomen. Stoett wijst erop dat iemand 'iets aansmeren' op dezelfde manier is ontstaan en dat de uitdrukking 'iemand een oor aannaaien' waarschijnlijk dezelfde herkomst heeft.

5. Mussen vallen dood van het dak

Wanneer het warm is, spreken mensen vaak over ‘de mussen die dood van het dak vallen’. Het is niet duidelijk waar deze uitdrukking precies vandaan komt. Mussen kunnen namelijk prima tegen de hitte. Er bestaat een theorie over de uitdrukking dat de ‘mussen dood van het dak vallen’ niet juist is, maar dat het hier eigenlijk om mossen zou moeten gaan. Mossen kunnen namelijk niet tegen extreme hitte en zouden hierdoor uitdrogen en daarna los kunnen laten en dus wel van het dak kunnen vallen.

Wil je weten waar de uitdrukkingen ‘geld over de balk smijten’ en ‘afgezaagd zijn’ vandaan komen? Lees dan dit artikel! 

Dit artikel is een bewerking van artikelen die eerder verschenen zijn op Schrijven Online.