Artikel - 3 januari 2013
Door: Xaviera Ringeling Vandaag kreeg ik een brief. Het was een echte, van papier en met de hand geschreven. En hoewel ik nog een hele stapel andere post had, viel de brief vreselijk op tussen alle post van instanties en bedrijven. Zo erg zelfs, dat ik alle andere post liet liggen en alleen de brief ertussenuit trok.
Artikel - 20 december 2012
Door: Eric Tiggeler Wel eens gehoord van een porteringsverzoek? Je krijgt ermee te maken als je overstapt naar een andere telecomaanbieder. Dan kun je je bestaande nummer meenemen. Op de website van de telecomaanbieder kun je een verzoek tot nummerbehoud indienen. Jammer genoeg verandert de terminologie zodra je de kraakheldere servicepagina’s verlaat en terechtkomt op het formulier waarmee je het nummerbehoud in gang moet zetten. Het woord nummerbehoud is daar niet meer te vinden: je blijkt een porteringsverzoek in te dienen. En je moet een datum van portering kiezen. Het voorbeeld van de telecomaanbieder staat niet op zich. Formulieren zijn op veel websites ondergeschoven kindjes. De website zelf staat vol met nauwkeurig op de klant afgestemde, laagdrempelige bodycopy uit de handen van een team van professionele copywriters – maar de formulieren hebben ze niet gezien. Daarin staat het jargon van de inhoudsdeskundigen (de m/v’s van de afdeling die intern vast dienst Portering heet) of het jargon van de ICT’ers die het formulier technisch mogelijk hebben gemaakt. Een raar misverstand: omdat het formulier een interactief ding is, telt het niet mee als tekst.
Artikel - 12 december 2012
Door: Louise Cornelis Jullie denken waarschijnlijk bij ‘tekst’ aan iets wat uit volzinnen bestaat en duidelijke hiërarchische eenheden kent: alinea,paragraaf, hoofdstuk. Het is geen probleem als de zin onderaan de pagina doorloopt bovenaan de volgende, en je schrijft het op de computer meestal in Word of iets soortgelijks. Dat is tekst voor ons, en we houden ervan (ja toch?). Maar er zijn steeds meer mensen voor wie tekst iets achterhaalds is: wollig, ouderwets en langdradig. Ik kreeg een keer van een opdrachtgever een projectvoorstel retour omdat er een alinea in zat van 100 woorden. Dat ‘kon ze niet lezen’ want het was een ‘onoverzichtelijke brij’. Kon ik er even bullets van maken, of een tabel?
Artikel - 5 december 2012
Door: Xaviera Ringeling Opgroeien boven een boekenwinkel. Is er een mooiere start in het leven denkbaar? Het was in mijn geval een antiquariaat, waarvan de eigenaar mij altijd in de winkel liet zitten. Ik mocht dan een boek uit de kinderboekensectie uitzoeken, kreeg een eigen tafeltje en zat de hele dag te lezen en pikzwarte thee te drinken. Die thee was vreselijk, maar de geur van oude boeken is voor eeuwig vergroeid met mooie herinneringen aan fantastische avonturen, allemaal tot leven gebracht door de pennenstreken van deze en gene.
Artikel - 28 november 2012
Door: Eric Tiggeler ‘Omdat ik erbij was. Daarom weet ik dat het waar is. Dat het echt gebeurd is. Dat het geen droom was. Niet een of andere vreemdsoortige hallucinatie. Geen paddotrip. Niks van dat al. Het is echt gebeurd. Helemaal echt. Ben er nog steeds duizelig van. Duizelig van de poëtische kant van de zaak. De pure schoonheid. De niet te omschrijven snelheid. Het onnavolgbare schouwspel.’
Artikel - 14 november 2012
Door: Louise Cornelis Elk jaar ga ik kijken bij de Rotterdamse marathon.Mijn man doet daaraan mee; afgelopen april liep hij die in 3 uur 13 en behoorde daarmee tot de beste 10% van het deelnemersveld (goed hè?). Als ik hem voorbij heb zien komen, blijf ik wel eens staan om naar de rest van het deelnemersveld te kijken. Na een tijdje trekt de achterhoede dan voorbij, de mensen voor wie het een hele toer wordt om de tijdslimiet van 5 uur te halen. Ik heb daar altijd wat ambivalente gevoelens bij. Enerzijds is het super dat zij sporten en met deelname aan de marathon doen ze geen vlieg kwaad (al kan een marathon lopen met onvoldoende training wel degelijk schadelijk zijn voor de gezondheid). Anderzijds vraag ik me wel eens af: waarom doe je jezelf dit aan? Houd het lekker bij 10 kilometer hardlopen, of zoek een sport die beter bij je lichaam past.
Artikel - 7 november 2012
Door: Xaviera Ringeling Het internet heeft iedereen tot mediamagnaat gemaakt. Nu we in Nederland met z’n allen op het web hangen, zijn we allemaal schrijver, eindredacteur en uitgever. Want de taal van het web is toch vooral het geschreven woord. In een goed opgeleid land als Nederland zijn er maar weinig mensen die van letters geen woorden kunnen brouwen en van woorden geen zinnen. En dus wordt er door al deze Berlusconi’s in de dop wat afgepubliceerd. Maar over de kwaliteit van al dat taalgebruik valt vreselijk te discussiëren. Breezah-taal, sms-lingo en vergeet ook vooral de autocorrectie-functie van al die slimme apparaten niet en voor je het weet ben je in een wereld terechtgekomen waarin het soms moeilijk te volgen is wat mensen proberen te zeggen.
Artikel - 31 oktober 2012
Door: Eric Tiggeler Kun je deze brief even omzetten naar B1?’ ‘Wilt u even checken of onze webteksten wel B1 zijn?’ Het zijn vragen waar je als moderne tekstschrijver maar beter op voorbereid kunt zijn. De Wet op het financieel toezicht verplicht de financiële sector om begrijpelijk te communiceren, de Autoriteit Financiële Markten heeft duidelijke informatie tot norm verheven, en sinds kort propageert ook de Consumentenbond met de actie ‘Begrijp je geld’ dat financiële instellingen hun klanten helder informeren. En zodra het om duidelijk Nederlands gaat, klinkt al gauw de roep om B1, inmiddels breed bekend geworden als een magische formule voor ‘taal die iedereen begrijpt’.
Artikel - 26 oktober 2012
Door: Louise Cornelis Vervelende lui, die lezers. In de eerste plaats zijn ze dom. Dan heb je het voor jouw gevoel zo luid en duidelijk uitgelegd, snappen ze het nog niet. Mooie handleiding, doen ze het nog fout. Hopelijk kom je daar dan in de pre-test achter, en niet als er al een fikse oplage is gedrukt. ‘Maar het stáát er toch?’ verzucht je dan. Ja, maar lezers zijn dom, ze hebben niet jouw voorkennis, en dan snappen ze het dus niet, hoe logisch het ook is. Dan zijn ze ook nog eens lui. Als ze een klein beetje meer moeite zouden doen, zouden ze er wél uitkomen. Maar dat doen ze dus niet. In plaats van zelf even kijken of puzzelen, hebben ze je al een mail teruggestuurd: wat bedoel je dan, waar is het dan, waar heb je het over, hoe laat beginnen we? Of ze hebben de mail al weggeklikt, de brochure weggegooid, of ze zijn alweer terug naar Google om een volgend zoekresultaat te proberen. Bovendien zijn ze egocentrisch. Ze brengen het niet op om rustig te lezen wat jij allemaal voor interessants te verkondigen hebt, als dat niet in hun eigen belang is. Dus als jij als schrijver niet gauw luid en duidelijk antwoord geeft op de vraag ‘what’s in it for me?’, zijn ze óók alweer weg.
Artikel - 19 oktober 2012
Het blijft een leuke fittie (ruzie): de discussie tussen bloggers en journalisten over wie nou het beste is in het brengen van het nieuws. Een discussie die al zo oud is al de blogosphere zelf, maar die nog welig tiert. Want we zijn er met z’n allen nog steeds niet uit. Nu ben ik zelf in de gelukkige omstandigheid dat ik zowel journalist ben (geweest) als blogger. En uit ervaring kan ik je vertellen dat blogs en journalistieke producties in veel gevallen helemaal niet zoveel met elkaar te maken hebben.
Artikel - 9 oktober 2012
Door: Eric Tiggeler Onderzoeksorganisatie TNO publiceert in Metro een advertentie die er uitziet als een redactioneel stuk: een persoonlijke column waarin een onderzoeker iets vertelt over zijn werk. Het doel is waarschijnlijk de treinkrantenlezer op een laagdrempelige manier de wereld van het onderzoek binnen te leiden. Zo’n column moet dus een wervend en dynamisch beeld geven van wat de onderzoeksorganisatie doet. Lukt dat? Nee.
Artikel - 3 oktober 2012
Door: Louise Cornelis Nog niet zo lang geleden las ik een filosofisch boek waarin de auteur halverwege pagina’s lang boeken opsomt die ook over zijn thema gaan, met veel grote, geleerde namen daarin. Hij wilde zich, denk ik, richten tot lezers die al die moeilijke boeken óók kennen, als moeilijkeboeken- lezers onder elkaar. Dat schept vast een band; ik voelde me echter buitengesloten. In dezelfde tijd las ik een reisboek waarin de gegeven informatie sterk uiteen liep. Ik kon me niet voorstellen dat lezers/reizigers in al die verschillende brokjes informatie geïnteresseerd zouden zijn. Ik ben bang dat die schrijver helemaal geen lezer voor ogen heeft gehad maar is leeggelopen: ‘dit is wat ik kwijt wilde’. Oftewel: ik vond het een slecht boek.