Artikel - 2 april 2013
Door: Xaviera Ringeling Toen ik in 2006 actief lid werd van GroenLinks had ik niet kunnen verzinnen dat ik nog geen drie maanden later voor deze partij op de landelijke lijst zou staan. Het waren de Tweede Kamerverkiezingen van 2006, met lijsttrekker Femke Halsema en o.a. EenNL van Marco Pastors als mededinger naar de stemmen van het volk.
Artikel - 26 maart 2013
Door: Louise Cornelis Een goede tekst schrijven kost moeite. Waar doen we die moeite eigenlijk voor? Soms lijkt het alsof je het voor niks doet, zeker in de rapportenwereld. Van een beleidsrapport wordt gemiddeld slechts zo’n 30 procent gelezen, en de lezers blijken weinig gevoelig voor tekstkwaliteit.
Artikel - 19 maart 2013
Auteur: Eric Tiggeler Hoofdstuk 3 van het softwarehandboek begint zo: ‘Als je nieuw bent in Blogger kan ik me goed voorstellen dat je niet goed weet waar je moet beginnen. Daarom geef ik je in dit hoofdstuk een eenvoudig stappenplan zodat je altijd een goede basis hebt voor je blogs. Ook deel ik mijn zeven geheimen om goede blogs te maken met je. Tot slot laat ik je kennismaken met …’
Artikel - 12 maart 2013
Auteur: Louise Cornelis Sla een schrijf handboek open of ga naar een schrijfcursus en ze vliegen je om de oren: de moeten’s en mag-niet’s van goed schrijven. Je moet bijvoorbeeld concreet en beeldend schrijven, de lezer aanspreken, goed structureren, de tekst netjes afwerken, enzovoort. En je mag niet: lijdende vormen gebruiken, clichés, jargon, te moeilijke woorden, te makkelijke woorden, enzovoort – vooral de lijst mag-niet’s is makkelijk uit te breiden. Van zulke lijstjes zakt de schrijfmoed me in de schoenen, vooral van de mag-niet’s. Als ik die allemaal serieus neem, krijg ik geen letter meer op papier. Altijd is er een risico dat ik er eentje overtreed. Want een woord dat niet te moeilijk is, is al gauw te makkelijk. En hoe vind ik een alternatief voor het cliché dat in mijn hoofd zit en dat zó uit mijn pen zou kunnen rollen? Want zo zijn clichés: die schrijf je lekker makkelijk op, maar ja, dat mag dus niet. Wat dan wel?
Artikel - 5 maart 2013
Auteur: Felix van de Laar Een goede vriend trakteerde mij de laatste jaren op banden van het Verzameld werk van Karel van het Reve. Diens frisse proza, rake observaties en messcherpe redeneringen dienen mij nu tot dagelijkse kwartiertjes leesgenot. Karel strooit kwistig met komma’s, en ook komma’s die alle gerenommeerde taaladviseurs van Nederland en Vlaanderen ons categorisch verbieden: komma’s vóór een beperkende betrekkelijke bijzin (bbb):
Artikel - 27 februari 2013
Auteur: Xaviera Ringeling De zon schijnt, de temperatuur stijgt. Het is niet meer te ontkennen: na een bijna- elfstedentochtwinter is het eindelijk tijd voor een eindeloos-op-het-terras-zitten-lente, gevolgd door een hoe-weinig-kleding-kunje- aan-zomer. Met al dat moois in het vooruitzicht kunnen je gedachten niet anders dan afdwalen.
Artikel - 13 februari 2013
Auteur: Felix van de Laar En ja hoor, daar zijn ze weer: de stoplichten (Geert van Istendael, Onze Taal 2012/2). Mensen die een vurig pleidooi houden voor het in stand houden van de taal, of zelfs van de standaardtaal, vinden altijd dat mensen zich aan de regels van de taal moeten houden en dan komen ze altijd weer op de proppen met hun favoriete metafoor van de verkeersregels. Die doen het al goed als retorische vraag: stel je voor dat op straat niemand zich meer aan de verkeersregels zou houden, dat zou toch een zooitje worden? Dan zouden er toch heel veel verkeersslachtoffers vallen? Dát wil je toch niet, zeker? Nou dan! In taal is het net zo, als niemand zich meer aan de regels houdt, wordt het een zooitje en verstaan we elkaar niet meer! Ik heb twee ernstige bedenkingen bij dat betoog. Ten eerste, en u snapt, dat is nog de minst belangrijke van de twee: die afschuwelijke situatie bestáát al. Ik durf er vergif op in te nemen dat diezelfde mensen de laatste vier uur dat ze op straat zijn geweest, ten minste tegen één verkeersregel hebben gezondigd. Ze zijn als voetganger de straat schuin overgestoken, ze zijn als fietser rechtsaf gegaan zonder hun hand uit te steken, ze hebben als automobilist te hard gereden, et cetera. En toch zijn daar weinig of geen slachtoffers bij gevallen. Dat komt omdat we het ook allemaal van elkaar weten en omdat we ervaren anticipatoren zijn.
Artikel - 6 februari 2013
Auteur: Xaviera Ringeling Doodsbang zijn ze van de vrijheid die internet heet. Overheden, filmmaatschappijen, de muziekindustrie, de uitgeefwereld. Allemaal even angstig voor het digitale Wilde Westen. Allemaal overhoop gegooid door die nieuwe wereld waar zij niet langer de baas zijn. Bang en gevaarlijk, want een kat in het nauw maakt nu eenmaal rare sprongen. Wie het nieuws over internet een beetje volgt, kan het niet ontgaan zijn: de vrijheid van het web staat ernstig onder druk. Wetgeving waarmee sites – zonder tussenkomst van de rechter – op zwart kunnen worden gezet, inlichtingendiensten die – zonder daarvoor verantwoording af te leggen – jouw informatie opvragen en gebruiken, providers die voor hun gebruikers – net als in China – sites moeten blokkeren. Onze digitale vrijheid ligt onder vuur en de meesten van ons weten niet eens dat er met scherp wordt geschoten. En wie zijn al die mensen die het web willen reguleren, controleren en beheersen? Het zijn partijen die geen belang hebben bij vrijheid van informatie. Die domineren door controle over kennis. Partijen die altijd hun geld hebben verdiend of macht hebben vergaard doordat jij en ik minder wisten dan zij.
Artikel - 30 januari 2013
Lezer, ik vraag uw aandacht voor het volgende. De bouwstenen van onze hersenen zijn zenuwcellen of neuronen. De hersenen zijn anderhalve kilo zwaar, ze bevatten 100 miljard neuronen (dat is vijftien keer zoveel als er mensen op aarde zijn). Bovendien zijn er tien keer zoveel gliacellen als neuronen in ons brein. Vroeger werd gedacht dat gliacellen de neuronen slechts bij elkaar moesten houden (het Griekse woord ‘glia’ betekent lijm).
Artikel - 24 januari 2013
Door: Xaviera Ringeling Laatst mocht ik in een televisieprogramma aan Job Cohen uitleggen hoe Twitter werkt. Daar ik kreeg ik exact 4,5 minuut de tijd voor, dus erg diep kon ik er niet op ingaan. Maar het zette me wel aan het denken. Bij de voorbereidingen van mijn – net niet – 5 minutes of fame, bezocht ik uiteraard het twitterprofiel van Job (ik tutoyeer maar even, nu ik hem les heb gegeven). Mensenkinderen, wat een saai leesvoer was dat. Job is hier, Job is daar, Job doet dit, het was alsof ik toegang tot zijn agenda had gekregen. En hoewel zijn agenda vast vele malen spannender is dan die van mij, had ik toch op meer gehoopt. Meer over wat Job beweegt en minder over waar Job allemaal heen beweegt. Want dat is wat ik moet weten als Job mij met zijn tweets wil overtuigen van een rood rondje bij zijn naam bij de volgende verkiezingen. En waar Job in het echt precies die redelijke, rustige man was op wie ik een stem wil overwegen, weet hij op Twitter totaal niet te boeien. Hoe kan dat toch? De man spreekt perfect Nederlands, is goed opgeleid, kent de kracht van communicatie maar is op Twitter ook al niet in staat om zijn offline charme te vertalen naar zijn online aanwezigheid.
Artikel - 18 januari 2013
Door: Eric Tiggeler Ouders die een middelbare school moeten kiezen voor hun aanstaande puber, beleven een zenuwachtig laatste lagereschooljaar. Eerst ontvangen ze een Citotoetsuitslag. Daarin staat geen percentage (‘zoveel antwoorden had uw kind goed’), maar een percentiel. Wat is dat, een percentiel? Als je het op internet opzoekt, krijg je naast de taaie uitleg van toetsinstanties heel veel klachten te lezen van gefrustreerde ouders. Een percentielscore blijkt uit te drukken hoe de resultaten zich verhouden tot die van andere leerlingen. In haar ondoorgrondelijkheid is dat vast een heel verantwoorde methode, maar de communicatie eromheen schiet in elk geval treurig te kort.
Artikel - 8 januari 2013
Door: Louise Cornelis Heavy lezers, zo kun je ze wel noemen, vrij naar de heavy users zoals in de marketing de grootgebruikers van een bepaald product of dienst genoemd worden. Ik heb het over de ruim dertig zakelijke lezers die door een groep studenten aan de VU in september geïnterviewd werden. Zakelijke lezers zijn mensen die voor hun werk veel moeten lezen, zonder dat lezen echt hun vak is (zoals wel het geval is bij redacteuren). Ze zijn bijvoorbeeld manager, advocaat, IT-adviseur, docent, directeur, journalist of marketeer. En ze lezen. Veel. Tot wel zes uur per werkdag! Niet alle geïnterviewden ervoeren het vele lezen als een probleem, maar de meesten verzuchtten wel dat het toch sneller, effectiever, efficiënter, leuker zou moeten kunnen. Sommige geïnterviewden deden daar suggesties voor. Ze wilden bijvoorbeeld graag: